10 belangrijkste wetten en programma’s over natuur en biodiversiteit op een rij
Wanneer je iets wil bouwen, renoveren of slopen, nieuwe natuur wil ontwikkelen of ingrepen wil doen in het landschap: in alle gevallen krijg je te maken met wetgeving en beleid op het gebied van natuur en biodiversiteit. En daar zijn er zoveel van, dat je soms door de bomen het bos niet meer ziet. Wij hebben de belangrijkste wetten en programma’s voor je op een rij gezet. Een handige introductie voor iedereen die nog niet zo bekend is met deze materie, maar het is zeker ook geschikt als naslagwerk. Voor als je even denkt: hoe zat het ook alweer?
Dit artikel is geactualiseerd tot november 2024.
1. Omgevingswet
Bij vrijwel alle ruimtelijke ontwikkelingen kom je in aanraking met de Omgevingswet. Deze wet heeft als doel een balans te vinden tussen het benutten en beschermen van de leefomgeving. De wet is sinds januari 2024 in werking en bundelt 26 wetten en regelingen over onder meer ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. Ook Europese verplichtingen zoals de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn zijn erin verwerkt.
De Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn zijn Europese wetten. De Vogelrichtlijn richt zich op de bescherming van in het wild levende vogelsoorten die van oorsprong in Europa voorkomen. De Habitatrichtlijn concentreert zich op de bescherming van wilde dier- en plantensoorten die voor Europa belang zijn.
Wil je een activiteit ontplooien in de leefomgeving, dan ben je door de Omgevingswet verplicht om te onderzoeken of jouw activiteit een negatieve impact heeft op de natuur. Meer specifiek, onderzoek je of er een impact is op beschermde plant- en/of diersoorten, beschermde gebieden (zoals Natura 2000 of NNN-gebieden) en/of op beschermde houtopstanden. Is dit het geval, dan zijn er maatregelen nodig die ervoor zorgen dat je deze negatieve gevolgen voorkomt, minimaliseert of compenseert.
Meer weten?
De bescherming van natuur onder de Omgevingswet verschilt niet veel met hoe het eerder (onder de Wet Natuurbescherming) was geregeld. Wel zijn er kleine aanpassingen gedaan zoals de specifieke zorgplicht en bescherming van Natuurnetwerk Nederland. Lees hier meer over in ons artikel: 6 meest gestelde vragen over de Omgevingswet. Of kijk ook eens op stikstofwetgeving en Natuurnetwerk Nederland
Deze tekst gaat verder onder de foto.
2. Kaderrichtlijn Water (KRW)
Wie water beheert, krijgt met de Kaderrichtlijn Water (KRW) te maken. Deze Europese richtlijn is sinds 1 januari 2024 ook verankerd in de Omgevingswet en is in het leven geroepen om de kwaliteit van het oppervlaktewater en grondwater op orde te brengen, want het water is te vervuild. In 2027 moet het water in Nederland een goed leefgebied zijn voor de planten en dieren die er thuishoren. En van ons water moet redelijk eenvoudig drinkwater te maken zijn. Om deze doelen te behalen, zijn verschillende maatregelen noodzakelijk.
Denk aan de aanleg van vistrappen en natuurvriendelijke oevers of het weer laten meanderen van beken. Andere doelen zijn het herstellen van natuurlijke grondwaterstromen, het verbeteren van de zuivering van rioolwater én het voorkomen dat er mest- en bestrijdingsmiddelen in het water terechtkomen. Alle waterbeheerders in Nederland, zoals Rijkswaterstaat, waterschappen, provincies en gemeenten, staan aan de lat om deze doelen te halen.
3. Water en bodem sturend
In 2022 besloot het kabinet om water en bodem sturend te laten zijn bij beslissingen over de inrichting van ons land. Eeuwenlang hebben we in Nederland namelijk het water en land naar onze hand gezet. Nu lopen we tegen grenzen aan door het intensieve gebruik ervan en klimaatverandering. Het kabinet stelde randvoorwaarden op, waarmee provincies samen met andere partijen een gebiedsgerichte aanpak konden opstellen. Denk aan niet meer bouwen op plaatsen die nodig zijn om water af te voeren, zuiniger omgaan met water én minder verstening in de stad (Bron: Rijksoverheid).
Het kabinet heeft het beleidsprincipe ‘water en bodem sturend’ in 2024 veranderd naar ‘rekening houden met water en bodem’. Het kabinet vreest dat het principe onbedoeld als gevolg had dat bodem en water allesbepalend werden. De ruimtelijke ordening en inrichting in Nederland zou hierdoor teveel worden belemmerd. Voor het beleidsprincipe waren wel al instrumenten ontwikkeld. Er wordt nog getoetst of ze te beperkend zijn. (bron: H2O). Hoewel het principe is aangepast, blijft het verstandig om rekening te houden met de (on)mogelijkheden van de water- en bodemomstandigheden in jouw gebied. Een LESA (Landschapsecologische systeemanalyse) geeft hierin inzicht.
Deze tekst gaat verder onder de foto.
4. Programma Natuur
Programma Natuur richt zich op herstel en versterking van natuurgebieden die gevoelig zijn voor stikstof. De rijksoverheid stelt hiervoor tot 2030 3 miljard euro beschikbaar. Deze extra inzet is nodig, omdat voor een groot deel van de habitats en soorten de instandhoudingsdoelen uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn nog altijd niet zijn gehaald (bron: CLO). Bovendien is het belangrijk om de effecten van klimaatverandering en verdroging het hoofd te bieden.
Het programma richt zich op twee ambities. Zo wil het Rijk dat voor 70% van de beschermde habitats en soorten de condities van de natuur zo gunstig zijn gemaakt dat deze habitats en soorten minimaal in stand blijven. De tweede ambitie is om een goede basiskwaliteit van de natuur te realiseren, binnen én buiten natuurgebieden, én de transitie naar een natuurinclusieve samenleving te bevorderen.
De aanpak om deze doelen te bereiken, verandert. Voorheen werd schade hersteld door gebiedsgerichte natuurherstelmaatregelen zoals plaggen en chopperen. Nu verschuift de balans naar een mix van maatregelen zoals natuuruitbreiding, het verbinden van natuur en inrichting en verbetering van de hydrologie. Maatregelen gericht op systeemherstel. Provincies wijzen de natuurgebieden aan waar maatregelen nodig zijn en samen met terreinbeheerders stellen ze een gebiedsaanpak op. Programma Natuur vraagt van deelnemende partijen dus om meer samenwerking en een blik naar buiten.
5. Basiskwaliteit Natuur
Om de natuur in Nederland op peil te brengen, is het beschermen van natuurgebieden via Natura 2000 en Natuurnetwerk Nederland niet genoeg. Het is ook van belang om aan de slag te gaan met natuur in agrarisch en stedelijk gebied. Daarvoor is Basiskwaliteit Natuur (BKN) in het leven geroepen. BKN staat voor een minimale natuurkwaliteit die je mag verwachten in gebieden waar andere functies – zoals landbouw of wonen – leidend zijn.
Het is een set condities die nodig zijn om de biodiversiteit op peil te houden en/of te brengen. Denk aan de kwaliteit van de bodem, het water en de inrichting en/of het gebruik van het gebied. Deze condities vormen samen een meetlat waarlangs partijen als gemeenten en waterschappen de kwaliteit van de natuur in hun gebied kunnen bepalen. Op basis daarvan kunnen ze vervolgens maatregelen nemen om de kwaliteit ervan op orde te brengen.
Deze tekst gaat verder onder de foto.
6. Agenda Natuurinclusief
Wie bezig is met het thema ‘natuurinclusief’ of daarmee aan de slag wil gaan, kan zich laten inspireren en activeren door Agenda Natuurinclusief. Dit initiatief is ontstaan uit een samenwerking tussen bedrijven, overheden, burgers, maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen. Ze streven naar een natuurinclusieve samenleving in 2050 en bereiken dat met concrete acties, positieve prikkels en bestuurlijke afspraken. In 2022 is hier een start mee gemaakt. Met Agenda Natuurinclusief 2.0 willen ze de beweging naar een natuurinclusieve samenleving vergroten en versnellen.
De focus ligt hierbij op het versterken van de niet-beschermde natuur in Nederland. De gebieden dus waarin we dagelijks leven, wonen, werken, reizen, spelen en recreëren. Agenda Natuurinclusief biedt daarin inspiratie en richting op tien verschillende domeinen, zoals bouw, onderwijs, water, energie, infrastructuur en bedrijventerreinen. Zo werken ze ernaartoe dat natuurinclusiviteit een standaard eis wordt in alle aanbestedingen van bouw-, renovatie-, en ontwikkelprojecten; stimuleren ze het gebruik van biobased materialen en willen ze het landelijk gebied meer bewandelbaar maken, zodat de druk op natuurkernen afneemt.
Wil je meer weten? Bekijk hier Agenda Natuurinclusief 2.0.
7. Bossenstrategie
De Bossenstrategie is onderdeel van de afspraken die Rijk en provincies hebben gemaakt in het Klimaatakkoord. Dit akkoord is in het leven geroepen om de uitstoot van CO2 tegen te gaan. Bos, bomen en natuur leggen CO2 juist vast en dragen op die manier dus bij aan het behalen van deze doelstelling. In de Bossenstrategie staan dan ook afspraken over het voorkomen van ontbossing, over de aanleg van nieuw bos en over het revitaliseren van bossen. Op die manier borgen ze dat bos, bomen en natuur een optimale bijdrage kunnen leveren aan het vastleggen van CO2.
Zo is onder meer afgesproken dat er 37.000 hectare extra bos wordt gerealiseerd in de komende 10 jaar én dat het aantal houtige landschapselementen, zoals houtwallen, struiken en heggen, toeneemt in het landelijk gebied. Provincies wijzen gebieden aan die potentie hebben als nieuw bos en stellen subsidies beschikbaar voor de omvorming van een gebied naar bos en het beheer ervan. Beheer je een terrein, dan is het zinvol om bij de ontwikkeling ervan bosontwikkeling in overweging te nemen en de mogelijkheden ervan te onderzoeken.
Deze tekst gaat verder onder de foto.
8. Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL)
Beheer je één of meerdere terreinen? Dan kun je een beroep doen op het subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL). Dit werkt als volgt: provincies zijn verantwoordelijk voor de natuur in hun regio. Zij beschrijven in provinciale verordeningen welke natuurdoelen gelden voor bepaalde gebieden.
Als je als terreinbeheerder jouw natuurgebied openstelt voor publiek, dan kun je subsidie aanvragen waarmee je maatregelen kunt treffen om deze natuurdoelen te halen. Hier zitten ook verplichtingen aan vast. Zo ben je verplicht om je gebied systematisch te monitoren, om te onderzoeken hoe de natuur in jouw gebied zich ontwikkelt en ook of de natuurdoelen van de provincie worden behaald.
9. Europese Exotenverordening
In Nederland komen invasieve exoten voor, zoals de Amerikaanse rivierkreeft en de reuzenberenklauw. Zij kunnen schade toebrengen aan de biodiversiteit, de volksgezondheid en/of infrastructuur. Daarom is via de Europese Exotenverordening bepaald dat dit soort invasieve exoten bestreden moet worden. In Nederland wordt dit geregeld via de Omgevingswet. Provincies, gemeenten en waterschappen hebben de taak om de introductie en verspreiding van invasieve exoten te voorkomen en te beheersen.
Dit doen ze bijvoorbeeld door beheersmaatregelen te treffen tegen deze invasieve soorten of door de schade die invasieve exoten hebben veroorzaakt te herstellen. Ook is er de mogelijkheid om de veerkracht van ecosystemen te versterken, zodat ze beter opgewassen zijn tegen de invasieve exoten. Word je geconfronteerd met invasieve exoten op jouw terrein? Dan is het dus belangrijk dat je hiermee aan de slag gaat. Het is dan raadzaam om na te gaan welk provinciaal programma op jouw terrein van toepassing is en ook of er subsidies beschikbaar zijn.
Deze tekst gaat verder onder de foto.
10. Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG)
In 2022 deed Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) haar intrede. Via dit programma werkten provincies, gemeenten, waterschappen, ondernemers en terreinbeheerders samen aan een gezonde natuur, schoon water en schone lucht. Zij stelden hiervoor gebiedsprogramma’s op, waarin werd vastgelegd hoe ze de doelen voor natuur, stikstof, water en klimaat wilden halen. En ook welke maatregelen hiervoor nodig zijn.
In september 2024 heeft kabinet Schoof dit programma stopgezet. Onduidelijk is nog wat dit voor consequenties heeft. De afgelopen twee jaar hebben provincies veel tijd en geld geïnvesteerd in gebiedsprocessen en zijn er ook verwachtingen gewekt richting gebiedspartners. Het kabinet heeft op het moment van schrijven nog geen alternatief gepresenteerd.
Hoe kan Ecogroen je helpen?
Het aantal wetten en programma’s omtrent natuur en biodiversiteit is talrijk. Ze hangen met elkaar samen, bieden kansen en kaders én zijn constant in ontwikkeling. Dit maakt het complexe materie. Wij kennen de verplichtingen en mogelijkheden vanuit wetgeving en beleid goed en begrijpen dus als geen ander waar je op moet letten als je aan de slag gaat met een project in de fysieke leefomgeving.
Kijk in ons dienstenoverzicht op welke manieren wij iets voor je kunnen betekenen. Je kunt uiteraard ook direct vrijblijvend contact opnemen met ons voor een verkennend gesprek. Liever eerst even rondkijken op onze website? Check dan ons nieuws en ons projectenoverzicht.