Soortmanagementplan Zeist: goed voor de natuur, vlotte doorgang projecten
Nederland staat voor een enorme verduurzamingsopgave en woningcorporaties hebben hierin een groot aandeel. Als je voor elk renovatieplan een uitgebreid ecologisch onderzoek moet uitvoeren (en een vergunning flora- en fauna-activiteit moet aanvragen), haalt dat flink de vaart uit het proces. In opdracht van de gemeente Zeist en de woningcorporaties Woongoed Zeist en de Katholieke Woningbouwvereniging, werkten we in 2019 samen met onderzoeksbureau Viridis aan een soortmanagementplan voor vleermuizen, huismus en gierzwaluw. Daarmee kon Zeist voor de hele gemeente destijds één ontheffing aanvragen. Maar bovenal was het een kans om populaties te behouden en versterken.
Renovatiewerkzaamheden en andere bouwprojecten kunnen negatieve effecten hebben op beschermde soorten. Daarom moet een initiatiefnemer altijd eerst ecologisch onderzoek doen en soms een vergunning flora- en fauna-activiteit aanvragen. Uiteindelijk zal hij functies die verloren gaan moeten compenseren, denk aan verblijfplaatsen en foerageerplekken. Dit is vaak een tijdrovend proces.
Op verschillende plekken in Nederland experimenteren gemeenten met het soortmanagementplan. Hierbij worden beschermde soorten niet voor één project, maar voor een heel gebied in kaart gebracht en versterkt. Met het plan kan (voor een bepaalde tijd) een generieke vergunning worden aangevraagd. Initiatiefnemers hoeven, mits ze zich houden aan de voorwaarden van dit plan, dan geen aparte vergunning voor de onderzochte soorten meer aan te vragen. Dit zal hen veel tijd en onzekerheid besparen. Projecten zijn daardoor beter te plannen en sneller uit te voeren.
Een specifieke methode voor Zeist
Voor dit soortmanagementplan hebben we eerst een specifieke methode ontwikkeld die past bij dit plangebied en de situatie. We richtten ons uitsluitend op vleermuizen, gierzwaluw en huismus, de meest aangetroffen beschermde soorten in bebouwing. Het plan gold alleen voor renovatiewerkzaamheden. In overleg en pas na goedkeuring van de provincie Utrecht zijn we verder aan de slag gegaan.
We voerden het onderzoek uit in de periode dat de beschermde soorten het best konden worden waargenomen. Voor dit soortmanagementplan onderzochten we Zeist in verschillende clusters. Daardoor kregen we goed in beeld waar populaties zich ophielden, hoe groot ze waren en welk effect een potentiële ingreep had. We hebben allerlei instrumenten tot onze beschikking om zo’n onderzoek zo efficiënt en betrouwbaar mogelijk uit te voeren. Zo zetten we bijvoorbeeld warmtebeeldcamera’s in om het aantal zwermende vleermuizen nauwkeurig te kunnen tellen. In Zeist hebben we op deze manier al meerdere kraamverblijfplaatsen van dwergvleermuizen en laatvliegers gelokaliseerd.
Kansen voor natuur, project profiteert ook
Het onderzoek gaf een beeld van de huidige populaties. Op basis daarvan schreven we een ecologisch plan bij woningrenovatie. Enerzijds stonden er voorwaarden in het plan waaraan de woningcorporaties of gemeente bij een specifieke renovatie moesten voldoen. Die maatregelen compenseerden mogelijk verlies van functies ruimschoots.
Daarnaast moesten de drie partijen generieke maatregelen treffen om het leefgebied van genoemde soorten te versterken, zoals de aanleg van extra groengebieden die als foerageergebied konden dienen of het creëren van extra nestgelegenheid. Het soortmanagementplan is dus voor de natuur een kans: de maatregelen compenseren niet enkel de schade aan individuen of een kleine groep, maar versterken hele populaties. Hiermee proberen we de lokale biodiversiteit te versterken.
Wij zetten ervaringen graag in om ook u van een soortmanagementplan te voorzien. Dat hoeft niet over woningrenovatie te gaan; ook voor andere werkzaamheden, initiatiefnemers en soorten kunnen we een soortmanagementplan opstellen.